Beste Peter en Emile, We zijn weer veilig gerepatrieerd na een mooie strafexpeditie van drie weken Java. Het weer was aangenaam, met de drukte viel het reuze mee, we kwamen niet meer dan drie Hollanders tegen en er was zeker wel het een en ander te zien. Een goede reden om bij het ochtendschot op te staan en met de meegebrachte vouwfiets een uurtje de steden te verkennen. Eenrichtingsverkeer is soms wat lastig en tegelijk kaart lezen en het ontbreken van straatnaambordjes met de Nederlandse straatnamen en het niet kennen van de weg maakten het soms wat lastig ofwel een ”uitdaging” zoals Amerikanen dat noemen. Automobilisten en brommers waren heel voorkomend en lieten me alle ruimte. Slechts een keer over de kop door kuil, nattigheid en donker en tegen het verkeer in op de autoweg te Lawang, maar Allah was met mij. Mijn broer en schoonzusje die wat flinker zijn en meer van stappen houden, hebben met veel plezier de stadswandelingen uit de Gids in Jakarta kota en Menteng gemaakt. Twee ondernemingen van de grootvader van mijn schoonzus hebben we teruggevonden, nu staats-kebons. Kantoor van mijn grootvader Jl Gula, Surabaya, stond in redelijke staat op ons te wachten. Het graf van mijn overgrootvader op Peneleh werd nog liefdevol bewoond met een slaapbank, baldakijn, drooglijnen met wasgoed. Op zeven OGS-erevelden hebben we vele bekenden een saluut gebracht. Op drie Indonesische erevelden betuigden we respect aan de nationale helden. Twee treinritten over het spoor waaraan mijn overgrootvader voor 1895 had mee helpen bouwen in de Preanger en de Oosthoek waren ook de moeite waard, helaas geen gammele treinen met houten banken, maar steriele polar-express, koude ac. De chauffeurs Gatot en Ostik waren prima. Ze weten nu ook Nongkojajar, Selecta, Sukarno’s ouderlijk huis te Blitar, kampung Afikan te Purworejo, het weeshuis van Pa van der Steur, het meer van Sarangan, fort Willem II te Ungaran, en de plantentuinen van Purwodadi en Cibodas te vinden. We reden over de Suramadu brug naar Bangkalan, Madura, een braaf ritje waarvan Gatot wist te melden dat die griezelige Madurezen ons met stenen zouden nagooien. Maar dat was ons niet gegund, een minpuntje voor Antarin dus, en ook al geen aardbeving of asregen. De tocht per eigen Bluebirdtaxi vanuit Jakarta naar Banten, Serang, Rangkasbitung, 6:30 van huis, ging heel soepel, alleen terug file in the Big Durian. Banten, fort, moskeetoren en kratonruïnes, echt de moeite waard, Rangkas meer om het afgestreept te hebben. Hotel Niagara, Lawang, wel een belevenis, mooie Jugendstil, grote kamers, geen up-to-date comfort, geen restaurant, maar voor de pretentieloze liefhebbers zoals wij, ondanks de nachtelijke no-show van de in de gidsboekjes gedocumenteerde ghost, wel een belevenis. En dat geldt ook voor Candi Baru te Semarang, mooie locatie, stijlzuiver maar Spartaans comfort, het schuin ertegenover gelegen restaurant Rinjani View, Jl Rinjani 12, http://rinjaniview.com/about/ heeft een prachtig uitzicht. Rumahkoe in Solo het mooiste hotel. Cirebon ook goede tip, weer drie kratons erbij, hotel Santika, groot comfort, goede ligging, beetje steriel. De rit van Malabar Mess naar Bogor en dan nog es Hester Basuki vond ik te lang, aankomst 21 uur, maar broer en schoonzus vonden HB zeker wel de omweg waard. Wat een lieve gastheren/dames. En rijden van Bogor naar Rangkas en Banten had wel gekund, al vonden de chauffeurs het daar eng. Stovia-museum Jakarta, ook * en eten bij Kunstkring en Dapur Baba. Taman Fatahilah by night helaas gemist door de stortregen. Nu nog even de foto’s inplakken… Al met al een hele plezierige reis die alleszins aan de verwachtingen voldeed, alle lof voor de reisagenten en de plezierige ontvangst op het Mariotteplein. Alleen begrijp ik niet waar jullie het van doen en dat wil ik ook niet weten, maar voor de autohuur van € 75 zou ik ook wel € 85 of meer betaald hebben. Met vriendelijke groet, Hans Hoogenraad