29 November 2014Mijne Heren, Hierbij een verslagje van onze reis naar Indonesie. We waren er om twee redenen naartoe gegaan. Was er nog iets van het VOC erfgoed over en was er nog iets van de sfeer van ons oude Indie te merken. Aan beide doelen heeft de avontuurlijke, maar prachtige reis voldaan. De VOC Forten waren nog goed in takt en je kon van de vestingwerken de machtige baaien overzien en (in gedachten) zag je daar de VOC schepen dobberen. En -vooral in de Molukken- was de sfeer nog helemaal aanwezig, die er al eeuwen heerst. De reis van Ambon naar de Banda eilanden met twee speedboten (elk 200pk) met 10 deelnemers elk + bemanning) heeft ons in 4,5 uur naar Banda Neira gevaren. Het was een heel kalme zee (november is echt de beste tijd om naar de Molukken te gaan). De hotelaccomodaties die jullie verzorgd hebben, waren echt schitterend (Guest House in Bogor, De Rivier in Jacarta- echt geweldig opgeknapt- en Pantai Gapura in Makassar). Mijn ideale reis naar Indonesie zou zijn: Amsterdam-Makassar, met Toradjaland, Ambon- Banda eilanden, terug naar Ambon en vandaar enkele dagen Bali. Het gezelschap van 19 deelnemers was precies genoeg (voor de boten en kleine bussen), meer zou niet gelukt zijn. De gidsen en chauffeurs waren prima. Als iemand nog recommandatie wil hebben, kan hij contact met mij opnemen. Kortom iedereen vond het een fantastische ervaring. Ik wens jullie fijne feestdagen en een voorspeedig 2015, Rob Maier. Klik hieronder voor het verslag ‘VOC-reis naar Indonesië’ Op 7 november vertrok een gezelschap van 19 deelnemers uit Am- sterdam naar Jacarta om te zien of er nog herinneringen over waren van de VOC-tijd uit het oude Indie. Na onze schitterende reizen naar Zuid-Afrika en Sri Lanka, moesten we toch ons moederland bezoeken. Na 15 uur (rechtstreeks) vliegen landde we in Jacarta en werden naar een paradijselijk Guesthouse in Bogor, 20 km van Jacarta, gebracht; met een tuin vol prachtige tropische bloemen en planten. Nadat we daar wat tot rust waren gekomen, bezochten we Buitenpaleis van de vroegere Gouverneur Geneneraals , schitterend in takt gehouden, met een prachtige plantentuin, waar bomen staan die nog in de VOC tijd zijn geplant. De presidenten ontvangen daar nu hun statie- bezoeken. De volgende dagen gingen we naar Jacarta: een complete verkeers- chaos. We bezochten eerst Menteng Pulo, de Erebegraafplaats waar de slachtoffers van de tweede wereldoorlog en die van de Vrijheid- strijd daarna, begraven liggen. Een plechtig hoogtepunt van ons bezoek, met kranslegging en het Wilhelmus. Daarna een optimis- tische speach van de Nederlandse Ambassadeur over de toekomst van de relatie Nederland-Indonesie. De volgende dag liepen we door de Kota (de oude binnenstad van Batavie, in 1619 gesticht door J.P.Coen). De oude structuur van het voormalige vestingstadje was nog goed te herkennen en als ze de vele oude gebouwen zouden op- knappen zou het best een trekpleister kunnen zijn. Het oude Stadt- huysplein is het centrum, met daaraan het voormalige stadhuis (evenbeeld van ons oude stadhuis in Amsterdam,maar kleiner). Het is nu een museum evenals het naastliggende oude Paleis van Justitie. Aan het plein ligt ook het Wajangmuseum, met grafstenen waaronder die van Coen. Door de oude stad wandelend, kwamen we nog maar weinig VOC monumenten tegen: een paar pakhuizen en de voormalige scheepswerf. De oude stad (inclusief het Kasteel) is volle- dig door Daendels afgebroken om het materiaal voor de nieuwe stad (Weltevreden), landinwaarts. De reis vervolgend, vertrokken we naar Ambon (kruidnagelen), de Banda-eilanden (notemuskaat)en Saparoea. Hier ontmoette we het oude Indie, zoals dat er al eeuwen heeft bestaan. Al die eilanden: als een gordel van smaragd (Multatulie), met groen bedekt, van de top tot in de zee. De verschillende gouvernementhuizen worden door de regering in takt gehouden; maar spectaculair waren de Forten. Bovenin overzag je de baaien en –in gedachten- zag je de VOC schepen daar dobberen. Dat zijn schitterende VOC-monumenten waard om in takt te houden. En dan die wereld onder het glasheldere zeewater, prachtige koralen met er doorheen die veelkleurige vissen: fabuleus. Wat een avontuurlijke wereld en ik hoop zo dat het zo zal blijven en niet door toeristen woprdt verknald. Tot slot een dag Makassar op Sulawesie. Een stad met meer allure. We werden door een leuke (nederlands sprekende) gids, door de stad geleid: het schitterend gerestaureede Fort Rotterdam, langs gerestaureede koloniale gebouwen, het Paleis van de Sultan (nu museum) en een Bouginees dorp, met huizen op palen. Tot slot de haven met de beroemde Penisi-schepen, door mannen met zakken van 100 kg op hun rug beladen . De Boeginezen waren het volk dat, met hun schepen, de handel in de archipel verzorgden en dus zeer vergelijkbaar met de VOC. Na de 20 dagen vlogen we van Makassar, via Jacarta, terug naar Am- sterdam, vermoeid (hitte van soms 35 tot 40 graden) maar voldaan. Het was een avontuurlijke,maar geweldige reis naar ons moederland.